De groeiende toepassing van IT en de integratie van communicatienetwerken
tot één elektronische snelweg
zullen grote maatschappelijke gevolgen hebben. De huidige trends laten
zien waar wij in dat verband zoal rekening mee moeten houden. In deze
paragraaf laten we een aantal belangrijke gevolgen de revue passeren.
1.3.1 Nieuwe vormen van organisatie
De elektronische snelweg vormt de basis voor het ontstaan van een IT-infrastructuur
die zowel bedrijven als particulieren
met elkaar verbindt. Dit bevordert het ontstaan van nieuwe organisatievormen
en nieuwe manieren van werken. We geven hieronder enige voorbeelden.
Interorganisaties
De elektronische snelweg bevordert dat bedrijven in duurzame samenwerking
gezamenlijk produkten leveren of
diensten verlenen. We noemen een
dergelijk samenwerkingsverband een interorganisatie.
Dat is een organisatie van juridisch zelfstandige bedrijven, die onderling
contracten hebben afgesloten om als één onderneming
samen te werken en soms ook als één onderneming naar buiten te treden.
Er kunnen hele netwerken ontstaan
van bedrijven die gezamenlijk produceren, opereren en leveren. Iedere
interorganisatie op zich vormt wat momenteel veelal één bedrijf
is dat zelfstandig een geheel produkt
maakt en verkoopt.
Interorganisaties ontstaan ook ad hoc waarbij de samenwerking voor
een beperkte periode met een bepaald doel wordt aangegaan. De organisatie
is gericht op de uitvoering van één bepaald project, bijvoorbeeld naar
aanleiding van een vraag naar de produktie van een complex en uniek
produkt. Er ontstaat zo een tijdelijke interorganisatie waaraan verscheidene
reeds bestaande bedrijven deelnemen. Zoals momenteel gebruikelijk in
de projectorganisatie, worden voor specialistische werkzaamheden ad
hoc teams van specialisten samengesteld. Zo nodig gaan de samenwerkende
bedrijven met zulke free-lance specialisten tijdelijke dienstverbanden
aan.
Via de elektronische snelweg zullen bedrijven als partner tijdelijk
of permanent deelnemen aan interorganisaties. Vooral specialistische
bedrijven zullen via de elektronische snelweg hun opdrachten verwerven.
In het wereldwijde netwerk speuren
zij naar potentiële klanten organisaties
of particulieren die behoefte hebben aan hun specialisme.
Dit leidt tot een merkwaardige mengeling van coöperatieve concurrentie,
omdat bedrijven bij het vormen van een nieuwe interorganisatie met elkaar
concurreren om een bepaalde opdracht binnen te halen en tegelijkertijd
binnen een andere interorganisatie eendrachtig samenwerken. Interorganisaties
maken het bedrijfsleven als geheel veel flexibeler en verlenen het een
groter aanpassingsvermogen, doordat zowel de samenwerkingsverbanden
als de samenstelling van de aangeboden produkten of diensten zich gemakkelijker
laten afstemmen op de specifieke vragen van klanten en opdrachtgevers.
De mens als deeltijdwerker
Ook individuele personen kunnen tijdelijk of permanent deelnemen aan
allerlei tijdelijke en permanente organisaties of interorganisaties.
In deeltijd werken in één of meer organisaties of als free-lancer afwisselend
werken in verschillende organisaties wordt normaal. Het huidige protectionisme
in de vorm van concurrentiebedingen en beperkende clausules in arbeidscontracten
zal steeds meer als hindernis worden ervaren, en daarom verdwijnen.
Mensen die werken aan immateriële
produkten zijn bovendien vrij in de keuze waar en wanneer zij hun
werk verrichten.
Essentieel in deze situatie is, dat mensen (en ook bedrijven) zorgen
dat ze bekend zijn in en bereikbaar zijn via het elektronische netwerk.
Maar het is vooral belangrijk dat zij onderling door samenwerking vertrouwensrelaties
opbouwen. Zulke kennissenkringen in het netwerk zijn noodzakelijk
om snel de juiste mensen en bedrijven bijeen te brengen om vervolgens
een nieuwe tijdelijke of permanente organisatie te vormen.
Waar mensen nu nog bestaanszekerheid ontlenen aan een vaste betrekking
in een stabiel bedrijf, zullen zij in de toekomst die zekerheid veel
meer moeten ontlenen aan hun naam en faam in het relatienetwerk. Dit
is een vorm van sociale zekerheid, die wel eigen initiatief vergt. De
werkzoekende gebruikt het wereldwijde netwerk, zoals een spin zijn web,
voor het aftasten van het aanbod aan werk en het verkrijgen van opdrachten.
Flexibele arbeidsovereenkomsten in combinatie met goede contacten en
communicatie via het netwerk
vergroten de kansen op het vinden van werk.
Een consequentie van deze ontwikkeling is dat de baan zoals we die nu
kennen in belangrijke mate zal verdwijnen. De huidige full-time baan
betekent 40 uur per week aanwezig zijn om een functie uit te oefenen
ook al is er soms geen werk. De toekomst is free-lance werk waarbij
mensen betaald krijgen voor de resultaten, die ze leveren.
In de toekomstige economie gaat het niet om het scheppen van banen,
maar om het scheppen van werk dat is het bedenken van nuttige
produkten en diensten waarvoor gewerkt moet worden.
Thuiswerk
De elektronische snelweg zal het thuis werken bevorderen. Er zijn al
veel mensen die thuis op hun PC werken en via modem en telefoon verbinding
met hun bedrijf hebben. Naarmate de mogelijkheden van de PC thuis toenemen
en communicatie met andere mensen verbetert, bijvoorbeeld via beeldtelefoon,
zal het aantal thuiswerkers snel toenemen. In de praktijk zullen mensen
een deel van de tijd thuis werken en een deel van de tijd op een bedrijfslocatie.
Een optie voor mensen die thuis onvoldoende ruimte en rust hebben is
het collectieve wijkkantoor. In dit kantoor huren mensen
uit de omgeving individueel een ruimte
en een werkstation, eventueel op uur- of op dagbasis. Dit thuiswerken
zal de nodige gewenning vergen. Op termijn kan er een homo communicativus
ontstaan, die ervaren is in het telecommuniceren en tele-onderhandelen
met andere mensen.
1.3.2 Bedrijvigheid van de toekomst
Er zal nieuwe bedrijvigheid
ontstaan doordat bedrijven zich gaan vestigen langs de elektronische
snelweg. Het gaat hier om bedrijven die als intermediair optreden tussen
bedrijven en mensen in het netwerk. Dit soort bedrijven ondersteunt
mede het ontstaan van de hiervoor beschreven organisatievormen. We geven
hieronder enige voorbeelden.
Coördinator
Bedrijven en individueel werkenden kunnen zich in het netwerk gaan profileren
in de rol van coördinator van samenwerkingsverbanden. Deze coördinator
kan de werkgever van de toekomst worden. Hij organiseert het werk en
laat het door andere bedrijven en mensen in onderlinge samenwerking
uitvoeren. Het is een rol die zich laat vergelijken met die van een
bouwdirectie. De samenwerkingsverbanden kunnen zowel een tijdelijk als
een permanent karakter hebben.
Makelaar
Mensen en bedrijven zullen op de elektronische snelweg voortdurend naar
elkaar op zoek zijn. Zij zijn continu bezig diensten en produkten aan
elkaar aan te bieden en te vragen. Er zullen daarom organisaties in
het netwerk ontstaan die de rol van makelaar vervullen. Deze richten
zich erop voor een bepaald produkt of een bepaalde dienst
vraag en aanbod bij elkaar te brengen in een wereldwijde elektronische
markt. Nu al wisselen makelaars in onroerend goed elektronisch informatie
uit over vraag en aanbod in een bepaald gebied en creëren zo een elektronische
huizenmarkt. Ook bij de financiële beurzen vindt via telecommunicatie
nu al wereldwijde handel in geld, aandelen en andere financiële produkten
plaats.
Verzamelaars van informatie
Naast de hierboven beschreven rollen rondom de nieuwe bedrijvigheid
is er nog een derde intermediaire rol: die van verzamelaar en bewaarder
van informatie. Denk bijvoorbeeld aan bibliotheken. In de wetenschappelijke
wereld is men momenteel al bezig om papieren bibliotheken om te zetten
naar elektronische bibliotheken en deze via Internet wereldwijd toegankelijk
te maken.
Dat deze ontwikkeling op termijn het traditionele boek volledig zal
verdringen is overigens niet waarschijnlijk. Het boek heeft zijn eigen
charme. Je kan het vasthouden en de echte bibliofiel of antiquair zal
het koesteren. Je kan er in bladeren en je kunt het overal thuis
en onderweg lezen. Je kunt er aantekeningen in maken. Daar staat
tegenover dat een werkstation naast de teksten en plaatjes ook bewegend
beeld en geluid kan weergeven. Indien de aangeboden documenten
daarvoor geschikt gemaakt zijn, kan de gebruiker er interactief mee
spelen. Het is duidelijk dat het werkstation de inhoud van
een boek in een geheel andere vorm overdraagt. In vergelijking met het
boek zal de emotionele waarde voor de gebruiker dan ook anders zijn.
Naast algemene bibliotheken zullen er bedrijven ontstaan die zich richten
op het verzamelen van zeer specifieke gegevens,
een soort gespecialiseerde bibliotheken. Deze bedrijven verzamelen gegevens
in het netwerk, bewerken deze gegevens en bieden ze vervolgens in de
vorm van informatie in documenten via het netwerk te koop aan.
Een heel belangrijke, maar nu nog weinig voorkomende vorm van bedrijvigheid
is het toegankelijk houden van gegevens. Er zullen bedrijven komen die
zich daarin specialiseren. Andere bedrijven zullen zich specialiseren
in het in opdracht zoeken naar bepaalde gewenste gegevens. Allerhande
gegevens in velerlei vorm worden zo wereldwijd toegankelijk.
1.3.3 Verschuiving in de werkgelegenheid
De informatierevolutie
zal verschuivingen in de aard van de werkgelegenheid veroorzaken. De
belangrijkste hiervan noemen we hieronder.
Verschuiving van taken binnen bestaande bedrijven
Mechanisering en automatisering reduceren het aantal mensen dat direct
betrokken is bij het primaire proces van het bedrijf. Dit geldt vooral
in landbouw en industrie en voor bepaalde vormen van met name administratieve
dienstverlening. Door mechanisering
en automatisering zal de produktiviteit stijgen en het aantal produktiemedewerkers
afnemen. Tegelijkertijd breidt de dienstverlening rond het primaire
proces zich uit. Dit betreft onder meer het inkopen en verkopen van
produkten, grondstoffen en diensten. Er komen meer specialisten voor
bijvoorbeeld het ontwerpen van nieuwe produkten en produktieprocessen
en voor het performance-management van de bestaande produkten en processen.
Verder zal de behoefte groeien aan ondersteunende taken voor het beheer
en onderhoud van middelen en voor het begeleiden en opleiden van medewerkers.
Omdat bedrijven die zijn aangesloten op het wereldwijde netwerk meer
flexibiliteit en aanpassingsvermogen moeten hebben, zullen bestuurders
zich meer bezig gaan houden met strategie en beleid
op de lange termijn.
Nieuwe vormen van bedrijvigheid
De informatierevolutie zal nieuwe vormen van werkgelegenheid creëren.
Dit betreft vooral de produktie van nieuwe immateriële produkten en
het aanbieden en verspreiden ervan via het netwerk. Nieuwe bedrijven
in de rol van makelaar, coördinator en verzamelaar van informatie zullen
ontstaan. Ook groeit de werkgelegenheid bij de bedrijven die voor de
wereldwijde IT-infrastructuur
de bedrijfssystemen, thuissystemen en netwerken zullen gaan leveren
en inrichten.
De groei van werkgelegenheid komt daarom vooral van nieuw werk. IT
en telecommunicatie zullen de mensen ondersteunen bij deze nieuwe werkzaamheden.
Het gaat hier om dienstverlening die gericht is op creativiteit, op
effectiviteit, op de specifieke vraag van de klant of op zorg voor mensen
en niet op een efficiënte massaproduktie van uniforme produkten of diensten.
Historische trends
De hiervoor beschreven ontwikkeling van de werkgelegenheid past in trends
die al vanaf 1865 in de westerse landen zichtbaar zijn. Door mechanisatie
maar ook door toepassing van kunstmest, ongediertebestrijding en gewasveredeling,
neemt de werkgelegenheid in de agrarische sector sterk af, terwijl de
produktiviteit toeneemt. En dat terwijl aan het begin van de 19e eeuw
nog de angst bestond dat de landbouw niet in staat zou zijn de groeiende
bevolking van voedsel te voorzien. De produktietoename in de agrarische
sector zal zich de komende jaren verder voortzetten door automatisering
van veel kweekprocessen en door het toepassen van biotechnologie. Toch
gaan steeds meer stemmen op om de miljarden aan EU-subsidies voor de
agrarische sector voortaan te besteden aan de wederopbouw van werkgelegenheid
in die sector, vooral om de bewerkelijke maar natuurvriendelijke landbouwmethoden
aantrekkelijk te maken.
Tot 1945 groeide de werkgelegenheid in de industrie door de toenemende
massaproduktie van steeds meer verschillende produkten. Na 1945 krijgen
mechanisering en automatisering de overhand en neemt, bij nog steeds
groeiende produktiviteit, de werkgelegenheid af.
De grote groei van de werkgelegenheid is te vinden in de professionele
dienstverlening. Deze groei kan helaas de laatste jaren het verlies
van werkgelegenheid in landbouw en industrie niet compenseren. De groei
van de dienstverlening begon al tijdens de industriële revolutie. Alle
bestaande vormen van dienstverlening, zoals medische zorg, handel, transport,
financiële dienstverlening en overheid, groeiden mee met de industrie.
Ook ontstond zeer veel nieuwe dienstverlening ter ondersteuning van
de industrie, de landbouw en ook de overige sectoren. Vooral na 1945
zet deze groei zich voort. Voorbeelden van dit soort nieuwe dienstverlening
zijn specialistische bureaus voor het ontwerpen van produkten en processen,
voor organisatie-advies en voor automatisering.
Afbeelding 1.8 De ontwikkeling van de werkgelegenheid na 1865.
Deze trend zal zich door de informatierevolutie nog sterker voortzetten.
Steeds minder mensen houden zich rechtstreeks bezig met de produktie
van voedsel en materiële goederen. De toename in werkgelegenheid in
de toekomst zal vooral bestaan uit de hiervoor genoemde dienstverlening
en uit de produktie van en handel in immateriële produkten. Het is zaak
erop toe te zien dat de groei van deze nieuwe bedrijvigheid zo veel
mogelijk wordt bevorderd, waardoor de werkgelegenheid als geheel weer
toeneemt. Dit kan bijvoorbeeld door te investeren in de IT-infrastructuur
die de nieuwe vormen van bedrijvigheid mogelijk maakt en minder in IT
die de bestaande produktieprocessen alleen maar efficiënter maakt.
De verschuiving in de werkgelegenheid zegt niets over de omvang ervan.
Op de lange termijn beschouwd was er de afgelopen 150 jaar voor iedereen
werk, terwijl de bevolking sterk groeide. Toch zijn er in het verleden
ook perioden van recessie en werkloosheid geweest, zoals tussen 1873
en 1882 en in de jaren dertig. In beide gevallen was er sprake van verschuiving
in de werkgelegenheid en van de noodzaak tot het doen van grote, nieuwe
investeringen. Na 1873 ging het om de eerste fase van de grootschalige
industrialisering en de aanleg van spoorwegen. Na 1930 ging het om het
ontstaan van de consumentenindustrie en om de aanleg van wegen.
Toekomstige werkgelegenheid
Ook nu zijn investeringen nodig in de ontwikkeling van IT en telecommunicatie.
De overheden onderkennen dit reeds. Voorbeelden zijn het Witboek van
de Europese Commissie met de titel Naar de 21e eeuw: wegen en uitdagingen
beter bekend als het Witboek van Delors, de plannen van de Nederlandse
regering voor proeven met de elektronische snelweg en de publikatie
Information Technology, Wings to Human Ability van de Zweedse
overheid. Naast investeringen is ook ander onderwijs nodig. Het informatietijdperk
vereist andere kennis en vaardigheden van de mensen dan de huidige materieel
georiënteerde economie.
We verwachten dat bedrijven, mede gestimuleerd door de overheid, meer
zullen investeren in de verdere ontwikkeling en toepassing van IT en
telecommunicatie. De groei van de economie die daardoor ontstaat, zal
de totale werkgelegenheid doen toenemen. Door deze groei en ook door
het feit dat mensen meer in deeltijd zullen werken, zal ook een andere
trend zich verder voortzetten, namelijk dat al vanaf het begin van de
industriële revolutie mensen geleidelijk steeds minder uren per week
behoeven te werken om in hun levensonderhoud te voorzien. Juist de informatierevolutie
zal gepaard gaan met kortere werktijden. Er moet immers vrije tijd zijn
om van de nieuwe immateriële produkten te kunnen genieten.
1.3.4 Het ontstaan van een virtuele wereld
Het wereldwijde netwerk van computers zal voor de gebruikers een nieuwe,
virtuele wereld creëren. De huidige gebruikers van telecommunicatienetwerken
als Internet merken nu nog goed dat ze op een netwerk van computers
zijn aangesloten. Het is in dit stadium nog niet eenvoudig de juiste
informatie, toepassingen, personen
en organisaties in het netwerk te vinden. Tegelijk met de groei van
het netwerk zullen technologie en toepassingen verder verbeteren. Ook
de ervaring van de gebruikers groeit. Het resultaat zal zijn dat de
technologie voor de gebruikers transparanter wordt. Zij hebben dan niet
meer het gevoel dat ze met hun werkstations zijn aangesloten op een
netwerk van computers, maar dat zij via hun werkstations thuis, onderweg
en op het werk communiceren met een wereld op afstand.
Afbeelding 1.9 De virtuele wereld van de elektronische snelweg.
Via de elektronische snelweg reizen mensen door een elektronisch landschap.
Dit is voor hen een virtuele wereld, waarin ze telecommuniceren met
andere mensen en organisaties. Ze kunnen allerlei informatie opvragen.
Ze bestellen elektronisch hun boodschappen bij een grote keten van voorraadcentrales,
de virtuele supermarkt. Ze regelen hun bankzaken thuis en laten zich
daarbij via beeldtelefoon adviseren door een bankmedewerker, die overigens
misschien zelf gewoon thuis voor de bank werkt. In het netwerk kun je
concertagendas van concertzalen over de gehele wereld opvragen.
Plaatsen voor een concert in een naburige concertzaal zijn elektronisch
te bestellen. Concerten aan de andere kant van de wereld zijn te volgen
via een directe live-uitzending of via een live-opname die door de medialeverancier
via het netwerk wordt afgespeeld op het thuissysteem.
Het virtuele bedrijf
Het werken wordt duidelijk anders in deze virtuele wereld. Dit geldt
vooral voor mensen die immateriële produkten maken die zij vervolgens
via de elektronische snelweg verzenden. Op dit moment kennen we het
industriële arbeidsmodel. De industriële revolutie heeft wonen en werken
gescheiden. De mensen zijn urban professionals geworden. De
meesten werken 8 uur per dag van maandag tot en met vrijdag in het produktieproces
in de hoofdvestiging (back office) van een bedrijf. Anderen
zijn bezig in het front office
zoals winkels, balies en loketten en verkopen de produkten en diensten
aan mensen en bedrijven. De resterende uren van de dag zijn de mensen
consument en kopen via het front office van bedrijven de produkten.
Het resultaat is dat gedurende de normale werktijden veel mensen aan
het produceren zijn en maar weinig aan het consumeren. Alleen in de
weekeinden, op koopavonden en in de vakantieperioden zijn er meer mensen
aan het consumeren dan aan het produceren.
De virtuele wereld langs de elektronische snelweg zal de tijdsindeling
voor werk en vrije tijd blijvend veranderen. De groei naar wereldwijde
netwerken en samenwerkingsverbanden van bedrijven doet over de gehele
wereld organisaties in de vorm van virtuele bedrijven ontstaan die 24
uur per dag over de hele wereld volcontinu actief zijn. Via de elektronische
snelweg zullen de werkers in de immateriële sectoren overal op werkstations
werken en via het netwerk met iedereen communiceren, aan iedereen immateriële
produkten leveren en van overal immateriële produkten in ontvangst nemen.
Consumenten gebruiken hun mobiele werkstation of hun thuissysteem als
extended office om materiële en immateriële produkten te kopen.
Producenten gebruiken hun mobiele werkstation of hun thuissysteem als
home office om immateriële produkten te produceren, en om immateriële
en materiële produkten
te verkopen. Het maken van immateriële produkten is niet aan plaats
gebonden. Het kan overal ter wereld gebeuren, op een mobiel werkstation
of thuissysteem.
Voor al deze werkzaamheden is in principe geen werkstation op een vaste
werkplek meer nodig. Hooguit zijn kantoren nodig waar je een werkplek
met werkstation tijdelijk kunt huren.
Afbeelding 1.10 Van urban professional naar elektronische nomade.
Er blijven uiteraard mensen die hun werk wel op een vaste locatie
of route verrichten. Zij produceren en transporteren materiële produkten,
verlenen diensten gericht op de fysieke wereld, zoals onderhoud, schoonmaak
en reparatie. Door voortgaande automatisering en mechanisering zal dit
werken op een vaste locatie en op een vaste tijd relatief afnemen, terwijl
door de groei van de immateriële produktie de vrijheid om op iedere
plaats en op iedere tijd te werken zal toenemen.
De elektronische nomade
Het virtuele bedrijf kent heel andere vrijheidsgraden en tijdindelingen
dan het reële bedrijf. Het virtuele bedrijf kan 24 uur per dag over
de gehele wereld voor iedereen in het netwerk bereikbaar zijn. Medewerkers
in het virtuele bedrijf hoeven echter niet 24 uur per dag aanwezig te
zijn om te werken. Ze kunnen in belangrijke mate zelf bepalen wanneer
ze werken. Het is zelfs mogelijk dat ze als free-lancer voor verschillende
virtuele bedrijven werken. Iedere persoon in het netwerk kan in zekere
zin bereikbaar blijven door een persoonlijke elektronische agenda, die
allerlei zaken kan regelen. De elektronische agenda houdt zo goed mogelijk
bij waar zijn eigenaar zich (in de reële wereld) bevindt en kan vaststellen
of hij beschikbaar is, respectievelijk open staat voor telecommunicatie.
De elektronische agenda als instrument is 24 uur per dag bereikbaar.
Alle berichten en ook telefoontjes
kunnen we nu via die elektronische agenda leiden. Als iemand niet onmiddellijk
beschikbaar is voor directe telecommunicatie via telefoon of beeldtelefoon,
kunnen we een bericht in zijn elektronische
agenda plaatsen. In dringende gevallen kan de agenda contact zoeken
met de persoon thuis of hem onderweg oproepen. Ook is het mogelijk een
vraag door te verwijzen naar een collega elders op de wereld, die wel
beschikbaar is. De moderne telefoondiensten verlenen dergelijke diensten
reeds. De noodzaak voor mensen dagelijks tussen negen en vijf op het
werk aanwezig te zijn in verband met telefonische bereikbaarheid komt
daardoor te vervallen. De elektronische agenda weet ze in het netwerk
wel thuis of onderweg te bereiken.
De informatierevolutie brengt een nieuw postindustrieel arbeidsmodel
mee voor mensen die hun werk in en via het netwerk kunnen doen. Mensen
worden elektronische nomaden. De elektronische nomade kan tegelijkertijd
produceren en consumeren en is daarbij niet meer gebonden aan tijd en
plaats. Hij kan overal in de reële wereld wonen en als telewerker in
de virtuele wereld langs de elektronische snelweg overal ter wereld
zijn werkzaamheid laten doordringen, en tevens als teleconsument produkten
en diensten bestellen. Het resultaat is een volcontinue maatschappij
waarin iedereen 24 uur per dag overal ter wereld consument en producent
kan zijn. Of dit door de mogelijkheden van IT ingegeven ideaalbeeld
sociaal gezien daadwerkelijk zo ideaal is, moet nog blijken. Inmiddels
is in Nederland een discussie ontstaan over de wenselijkheid van de
24-uurs-economie. Velen ervaren het als iets dat het bedrijfsleven afdwingt.
Het doorbreken van levensritmen zoals de afwisseling van waken
en slapen en de wekelijkse zondagsrust ziet men als een bedreiging
voor de kwaliteit van leven en dus als een bedreiging van het welzijn.
De elektronische nomade moet daarom de vrijheid krijgen zelf te bepalen
hoeveel tijd hij of zij werkt en hoeveel tijd hij of zij met andere
dingen bezig is, zoals recreatie en zorg voor kinderen. Mannen en vrouwen
kunnen hierdoor hun werk en de zorg voor het gezin beter delen. Vooral
voor vrouwen betekent dit dat er meer arbeidskansen zijn. Wij verwachten
dat de welvaart zo toeneemt dat ook
de werkenden minder dan 8 uur per dag behoeven te werken.
1.3.5 De invloed op ons welzijn
Een belangrijke vraag is hoe de informatierevolutie ons welzijn zal
beïnvloeden. Veel zal van onszelf afhangen. Wij zullen eerst de vraag
moeten beantwoorden waarom en waarvoor we de maatschappij sociaal, cultureel
en economisch willen veranderen. Zonder een dergelijke zingeving lopen
we een groot risico dat ondanks een toenemende welvaart ons welzijn
bedreigd wordt. Van het beantwoorden van deze vraag moet we serieus
werk maken. Regelmatig wordt op de noodzaak daarvan gewezen, maar al
te vaak echter, wordt er door de haast gedreven snel aan
voorbijgegaan. Technologie op zich is waardevrij. Wij moeten zelf bedenken
hoe we IT zinvol toepassen en wat zinvolle manieren zijn om onze maatschappij,
onze organisaties en onze bedrijven met IT in te richten. De vraag naar
de zingeving zal overigens moeilijk te beantwoorden zijn bij omvangrijke
vraagstukken als werkeloosheid, derde wereldproblemen en milieuvraagstukken.
Desondanks noemen we hier toch een aantal manieren waarop IT en telecommunicatie
ons welzijn kunnen beïnvloeden.
Milieu De informatierevolutie levert verbeteringen
voor het milieu op. Allereerst zullen mensen meer waarde gaan hechten
aan immateriële produkten en daardoor minder waarde aan milieubelastende
materiële produkten. Met computerondersteuning is het mogelijk materiële
produkten en produktieprocessen te ontwerpen, die beter en milieuvriendelijker
zijn. Bij het ontwerp van produktieprocessen richt men zich op een zo
laag mogelijk verbruik van energie en grondstoffen en een minimum aan
afval. Het ontwerp van het produkt richt zich op een zo lang mogelijke
levensduur en, indien van toepassing, op een zo laag mogelijk energieverbruik.
Het produkt moet bij voorkeur demonteerbaar zijn. Dit verbetert de mogelijkheid
onderdelen te vervangen en zo de levensduur verder te verlengen. Aan
het eind van de levensduur moeten de onderdelen zo veel mogelijk herbruikbaar
zijn in andere produkten.
Een tweede verbetering is de vermindering van de noodzaak van personenvervoer.
Door thuiswerk, videoconferencing en de verbeterde mogelijkheden zeer
complexe zaken via het netwerk aan anderen over te dragen, is er minder
noodzaak voor mensen zichzelf te verplaatsen. Door het vervallen van
vaste werktijden voor kantoorwerkers zal ook een vermindering van het
huidige spitsverkeer optreden.
Betere medische zorg
IT en telecommunicatie kunnen bijdragen aan verbetering van de medische
zorg. Veel moderne methoden voor onderzoek en behandeling maken gebruik
van computers. Die ondersteunen de sturing en bewaking van het proces
en het berekenen en presenteren van onderzoeksresultaten. Deze bijdrage
van de technologie is overigens niet voor iedereen even zegenrijk. Hier
zitten discutabele en gevoelige kanten aan die nauw samenhangen met
de zingeving en ethische vragen.
Artsen gebruiken IT en telecommunicatie ook om onderling gegevens uit
te wisselen. Men neemt proeven met assistentie op afstand via videoconferencing
bij moeilijke operaties. Ook zijn er experimenten met het op afstand
uitvoeren van operaties middels telematica (op afstand bediende robots).
Voor de patiënten is het van belang dat er één netwerk komt van zorgverleners
zoals artsen, apothekers en ziekenhuizen. Medische gegevens van patiënten
zijn gemakkelijker uit te wisselen, waardoor minder overdrachtsfouten
ontstaan. Ook kan men afspraken van patiënten beter plannen en bewaken,
waardoor de wachttijden in wachtkamers verminderen. Het resultaat is
een meer klantgerichte benadering van patiënten, waarbij artsen gezamenlijk
de totale persoon van de patiënt behandelen en niet zijn afzonderlijke
klachten.
Beter onderwijs
De elektronische snelweg in combinatie met multimedia
verruimt de mogelijkheden voor ondersteuning van het onderwijs. Dit
geldt niet alleen voor het reguliere onderwijs, maar vooral voor gespecialiseerd
onderwijs en voor nascholing en volwasseneneducatie. Een elektronische
onderwijsmarkt wordt ontsloten, waaraan instituten, bedrijven en individuele
personen als aanbieders en als afnemers van informatie en (interactieve)
cursussen kunnen deelnemen. Kinderen en volwassenen kunnen thuis opleidingen
volgen of hun kennis en educatie op bepaalde gebieden verruimen. Mensen
die vragen hebben over een specifiek gebied kunnen in het netwerk een
specialist zoeken die over de juiste kennis en ervaring beschikt en
met hem/haar via telecommunicatie vragen en moeilijkheden doorspreken.
Dit houdt overigens niet in, dat vooral bij kinderen het
direkte persoonlijke kontakt met de leerkracht kan worden gemist. Jonge
kinderen moeten voor een goede ontwikkeling ook blijven werken met pen
en papier.
Groeiend belang van gegevens en kennis
De elektronische snelweg bevordert de verspreiding van gegevens. In
het agrarische tijdperk was het bezit van land bepalend voor welvaart
en welzijn. In het industriële tijdperk werd dit het bezit van goederen
en kapitaal. In het informatietijdperk zal dit primair het bezit van
gegevens en kennis zijn. Om te zorgen dat iedereen kan delen in de welvaart
moet iedereen op het zelfde moment toegang hebben tot
de beschikbare gegevens. Dit geldt niet in de laatste plaats voor handelsgegevens,
maar natuurlijk ook voor gegevens die kennis en inzicht kunnen vergroten.
Het is vooral het inzicht in de maatschappelijke ontwikkelingen dat
we nodig hebben om niet alleen onze welvaart te laten groeien maar ook
ons welzijn te bewaken. Het is daarom van het grootste belang dat de
elektronische snelweg niet beperkt blijft tot de welvarende bedrijven,
particulieren en landen. Waar in de materiële wereld sprake is van haves
en have-nots kan er in de immateriële wereld een onderscheid ontstaan
tussen knows en know-nots.
|